Zodra je meer dan één fort hebt bezocht zal je zien dat ze vaak op elkaar lijken maar toch allemaal anders zijn. De plaats van een fort bepaalde welke kanonnen en manschappen er nodig waren en dus hoe het fort er uit zag.
Zo zijn de forten aan de kust, Fort bij IJmuiden en Fort aan het Pampus, enorm groot terwijl er ook enkele kleine kustbatterijen zijn. Rond Weesp en Muiden zijn oudere bakstenen forten hergebruikt en die zien er weer heel anders uit dan de rest van de Stelling.
De meeste forten zijn van beton en tussen 1897 en 1914 gebouwd. Ze zijn kleiner en ondiep zodat ze moeilijker door de vijand te raken zouden zijn. Van deze forten zijn drie soorten (A, B en C) maar toch is elk fort weer net even anders.
Tekening van een fort, Type B |
Alle forten hebben een bomvrij hoofdgebouw dat je meestal vanaf de weg kunt zien. Deze kant wordt de achterkant genoemd, de voorkant is de kant waar de vijand werd verwacht.
Het hoofdgebouw was voor de slaapzalen van de ongeveer 300 soldaten. Uit het hoofdgebouw steken aan de achterkant twee keelkazematten, waarin de 7 of 10 cm kanonnen stonden om het terrein tussen de forten te beschieten. Daarnaast hebben de meeste forten ook een frontgebouw, dat met een ondergrondse gang met het hoofdgebouw is verbonden. Sommige forten hebben echter twee verdiepingen, of maar één keelkazemat. Anderen hebben weer een pantserkazemat: een opstelling voor mitrailleurs of kanonnen achter een decimeter dikke stalen muur.
De meeste forten hebben ook twee hefkoepelgebouwen. Hierin zat een 6 cm kanon onder een pantserstalen dak dat omhoog kon komen om te schieten, waarna het weer in het beton zakte. De forten van na 1912 hebben echter maar één zo'n hefkoepelgebouw.
En zo kun je nog wel even door gaan. Er zitten bijvoorbeeld ook verschillen in het aantal lokalen binnen een fort. In sommige forten zijn afstandstabellen of landschappen bij de kanonnen op de muren geschilderd. Maar alleen in het Fort bij Spijkerboor en het Fort bij Velsen zijn nog kanonnen aanwezig.
Zelfs als je ooit twee forten vindt die helemaal gelijk gebouwd zijn, dan zijn ze tijdens hun bestaan toch veranderd. Soms zijn muren gesloopt en tralies geplaatst. De meeste hefkoepelgebouwen zijn in de Tweede Wereldoorlog door de Duitse bezetter opgeblazen om het metaal te hergebruiken.
Maar de forten zijn niet de enige bouwwerken van de Stelling. Tussen de forten zijn nog twaalf betonnen nevenbatterijen te vinden waarachter kanonnen opgesteld konden worden. En er zijn ook nog drie bomvrije kruitmagazijnen bij Heemskerk.
De sectorparken (magazijnen), liggen tussen de forten en Amsterdam in. Van de acht terreinen hebben zes nog een woning of loodsen.
Na 33 jaar forten bouwen heeft de bouw van de Stelling 40 miljoen gulden gekost. Als je dat omrekend naar de prijzen van vandaag is dat 490 miljoen euro.