Petroleumhaven |
In de Amsterdammer-polder ten westen van Amsterdam. |
|
Doel: |
Opslag van petroleum en andere lichte brandstoffen. |
Personeel: |
- |
Historie: |
Zie Historische kalender. |
Omschrijving: |
In 1887 werd de eerste fase van de aanleg voor 172.500 gulden aanbesteed. Het locatie lag op een veilige afstand, een uur gaands, van de stad. Aan de westzijde van de haven was het Gemeentelijk Petroleum Entrepot gevestigd. De opslagvoorzieningen bestonden aanvankelijk uit een loods voor vaten en vier opslagtanks. Alhoewel het Gemeentelijk Petroleum Entrepot al in 1891 goed draaide was de belangstelling voor de andere terreinen aanvankelijk gering. In 1890 werden 154.820 vaten aangevoerd en een jaar later werden al 310.756 vaten aangevoerd door 15 stoomboten en 43.580 vaten door één zeilschip. In geval van gevaar voor een luchtaanval, zouden de voorraden overgepompt worden in binnenvaartschepen waarna deze verspreid zouden worden. Van 1916 tot 1918 hebben er drie luchtafweerkanonnen rond het terrein gestaan. Zie Luchtafweer Ouderkerk voor meer informatie. In mei 1940 werd vrijwel de gehele petroleumhaven door Britse commando's vernietigd. Bovendien vereiste de vooruitgang in hoeveelheden en opslagmethoden een permanente aanpassing rond de haven. |
Omgeving: |
De originele situatie rond de haven is sterk gewijzigd. Aanvankelijk lag de Petroleumhaven alleen en ver weg van de stad. Maar na de aanleg van de Westhaven rond 1920 volgden er meerdere havens waardoor de gehele Amsterdammer Polder is verdwenen en nu onderdeel van het Westelijk Havengebied is. |
Eigenaar: |
|
Gebruiker: |
Diversen |
Gebruik: |
Havenfaciliteiten, industrie en distributie. |
Monument status: |
Geen |
|
Gemeentelijk Handelsentrepot | Rijkskledingmagazijn |