AlgemeenIlpendamZaandamSlotenOuderkerk
De artillerie buiten de forten (b.d.f.) bestond uit batterijen met twee verschillende taken: positiegeschut en nabij verdediging. Voor zover bekend zijn deze batterijen tijdens de mobilisatie 1914-1919 daadwerkelijk aangelegd en bemand. Van enkele bestaat historisch fotomateriaal die dat ondersteunen. De batterijen worden op de volgende pagina's van noord naar zuid over west (linksom) opgesomd. PositiegeschutHet zware positiegeschut van 12 en 15 cm. werd in de Stelling merendeels buiten de forten geplaatst, in zogenoemde neven- of tussenbatterijen aan de hoofdverdedigingslijn. Het positiegeschut had tot taak de zware artilleriestrijd met soortgelijk geschut van de vijand te voeren en beschietingen daarvan te verhinderen ("voor vuur op grote afstand" in bewapeningsstaat) . Door het geschut buiten de forten te plaatsen, zouden de forten zelf minder aan soortgelijk vijandig geschut zijn blootgesteld. En was de positie van het geschut niet bij voorbaat bij de vijand bekend. De batterijen dienden voor de opstelling van zwaar verplaatsbaar geschut. Een aantal batterijen werden tussen 1902 en 1908 voorzien van "gebouwtjes en borstweringsmuren van beton". De gebouwtjes dienden als schuilplaatsen annex munitiemagazijnen Aanvankelijk werden het nevenbatterijen genoemd omdat ze onder het commando van de commandant van het nabijgelegen fort vielen. Later kwam de naam tussenbatterijen in gebruik hetgeen suggereert dat ze onder de groep- of vakcommandanten vielen. De batterijen zouden onder de de artillieriecommandant van de groepen vallen, wat ook blijkt uit het per groep genummerd/geletterd zijn van de batterijen. Deze tussenbatterijen zijn in de originele overzichten en de stafkaart aangegeven met Romeinse getallen, welke notatie in deze overzichten wordt gevolgd. Nabij verdedigingLichter 6 en 10 cm. veldgeschut en mitrailleurs werden als "Batterijen tegen stormenderhandsche aanvallen" ("nabij verdediging" in bewapeningsstaat), nabij de accessen geplaatst. Waar de forten vrijwel frontaal vuur aan één zijde op de accessen konden uitbrengen, waren deze batterijen voor flankerend vuur en vuur vanaf de andere zijde van het access. Ze fungeerden daarmee als aanvullende accessverdediging voor de forten. Van deze batterijen is het aantal stuks geschut of aantal mitrailleurs niet bekend. Mogelijk ging het om twee stuks geschut of mitrailleur. Deze batterijen zijn in de originele overzichten en de stafkaart aangegeven met een kleine letter, welke notatie in deze overzichten wordt gevolgd. Om verwarring in de communicatie te voorkomen worden gelijkklinkende letters vermeden; zo wordt de letter h niet gebruikt omdat deze teveel klinkt als de letter a. Foto's: © Marcel Anthonijsz, Otto Bodemeijer of René Ros. |