Mensen

Soldaat Van Waart

Naam voluit:

Arij Machiel van Waart (roepnaam Arij)

Geboren:

2 november 1941, Rotterdam (Zuid-Holland)

Overleden:

niet van toepassing

Levensloop:

Op 2 november 1941 werd in Rotterdam een tweeling geboren met Arij van Waart sr. (1898-1964, timmerman/meubelmaker) en Dirkje van Est (1907-1947) als ouders. Het echtpaar was op 19 juni 1940 getrouwd, tijdens de Tweede Wereldoorlog. De twee jongens werden Arij Machiel en Machiel Arij genoemd met de eerste voornaam als roepnaam.
Hij volgde de lagere school en daarna op de Lagere Technische School (L.T.S.) opgeleid tot machinebankwerker.

Arij Machiel van Waart kwam op 8 februari 1961 als dienstplichtige van lichting 61/1 in militaire dienst op de Kolonel Palm kazerne in Bussum. Ingedeeld bij de Intendance troepen kreeg hij een eerste militaire vorming en daarna een chauffeurs-opleiding. Omdat hij zakte voor het eerste rij-examen ging hij naar de Intendance vervolgopleiding van twee maanden, op dezelfde kazerne. Onderofficieren en officieren kregen hun vervolgopleiding aan de Oranje-Nassau Kazerne te Amsterdam.
De Intendance voorzag gevechtseenheden van goederen, zoals voeding en brandstof. De Werktroepen waren er een onderdeel van en werden ingezet als arbeidskrachten bij het overladen van goederen en soortgelijke werkzaamheden.

Soldaat van Waart mocht na zijn vervolgopleiding weer naar de chauffeurs-opleiding maar zag daarvan af omdat zijn diensttijd dan langer zou duren.
Hij werd in juni of juli 1961 ingedeeld bij de 647e Werktroepen Compagnie van het Basiscommando van de Intendance. De compagnie was gelegerd in Kamp Rooswijk in Velsen-Noord met Kapitein F.J. Burg als commandant.
Het kamp bestond uit een aantal recente barakken, waaronder een kantine, rond een exercitieterrein met vlaggemast. Alleen de lagere rangen overnachtten in het kamp, de officieren sliepen in een pension of kosthuis buiten het kamp. De meeste manschappen werden echter voor langere tijd elders in het land gedetacheerd.

Om zes uur 's ochtends werd, middels een bandje via de speakers, de reveille geblazen. Een uur later was het ontbijt in de kantine waar men naar toe liep met muziek van de Andrew Sisters op dezelfde speakers. Om acht uur was er appèl op het exercitieveld en werd de vlag gehesen.
Met avondeten was meestal iedereen terug op het kamp. Op woensdagavond was de stapavond maar om 23.00 of 24.00 uur moesten alle manschappen binnen zijn. Soms werd er in de kantine een film gedraaid of trad een artiest op zoals Ria Valk.
Vrije dagen werden vaak op het nabijgelegen strand van Wijk aan Zee doorgebracht. Het weekeindverlof begon op vrijdagavond en werden de manschappen naar het treinstation Beverwijk gebracht om naar huis te gaan.

Een peleton werktroepers staat aangetreden voor de kantine van het kamp. (Foto: collectie René G.A. Ros)

Het Instructiepeleton bleef overdag op het kamp, onder andere belast met de bewaking, of ging sporten, kaartleesoefeningen, op bivak en exerceren.
De Werktroepers gingen met DAF-vrachtwagens of Volkswagenbusjes naar de werkobjecten om daar in groepjes van 3-5 manschappen te werken. Nadat Arij was gepromoveerd tot Soldaat 1e Klasse en mocht hij leiding geven aan zulke werkploegen.
Er werd onder andere gewerkt op de Artillerie-inrichtingen, Mobilisatie-complex Vierhuizen, een BOS-complex (benzine, olie en smeermiddelen) bij Austerlitz en het "Vestingplaatsje Naarden". De werkzaamheden waren wisselend en soms onaangenaam. In een aantal gevallen gedroeg het aanwezige burgerpersoneel zich als "bullebakken".

De DAF-vrachtwagens staan opgesteld op het kamp. (Foto: collectie René G.A. Ros)

Verschillende keren werden de werktroepers voor meerdere weken elders in Nederland gedetacheerd om vanuit andere kazernes werkzaamheden te verrichten.
Bijvoorbeeld vanuit de Bredaase Seelig Kazerne naar Fort Sabina (bij Willemstad) of munitieschepen lossen in de haven van Bergen op Zoom of Tholen.
Of in Dordrecht, de favoriet van Arij, om baileybrugdelen te testen op metaalmoeheid op een Geniecomplex in Hendrik Ido Ambacht.

Na het beëindigen van een detachement keerden de manschappen terug naar Kamp Rooswijk om in het Instructiepeleton weer discipline bijgebracht te worden. En elke keer opnieuw het behalen van het Militaire Lichamelijke Vaardigheid insigne: 100 meter snelloop, 100 meter lastdragen (met soldaat op de schouders), 2.000 meter duurloop, 8 km speedmars, verspringen, handgranaatwerpen (o.l.v. Herman Beitschad, een bekende honkbalwerper), touwklimmen en 100 meter zwemmen.

Op 27 september 1962 zat de diensttijd van Arij erop en zwaaide hij vanaf Kamp Rooswijk af.
Na een aantal kortstondige baantjes vond hij zijn plek in de verpleging en behaalde zijn A en B opleiding daarin. Hij heeft 40 jaar gewerkt in verschillende afdelingen van verschillende soorten ziekenhuizen.

Arij trouwde op 17 oktober 1974 met Joyce Oostveen (onderwijzeres, geb. 3-2-1947). Uit het huwelijk kwamen drie zoons en een dochter voort.
In 2002 ging Arij met pensioen en hij werkt sindsdien als vrijwilliger op het voormalig Lichtschip no. 12 "Noord Hinder" in Hellevoetsluis dat nu een museum is. Ook is hij inmiddels een trotse opa.

In 1967 las Arij in krantenartikelen dat 'zijn' Kamp Rooswijk gesloopt zou worden. In 2004 vernam hij dat het kamp nog bestond en heeft hij er een bezoek aan gebracht en goede herinneringen opgehaald.

Zie ook Sergeant Van der Stad.

Bron:

Dhr. Arij van Waart

Foto's:

Dhr. Kees van der Stad†