Nieuwsbrief 533Nieuwsbrief Stelling van Amsterdam
InhoudIn deze nieuwsbrief:
|
InleidingHet zijn drukke maanden maar het lukt om al bijna drie nieuwsbrieven gereed te hebben, de planning loopt al door in het volgende jaar. En er zitten bijzondere verhalen in de pijplijn voor daarna. We blijven stug proberen gevarieerd en interessant onderzoek te doen en daarover artikelen te schrijven, maar wel weer wat weer meer zelfspot en kritieken. Stuur gerust ideeën en meningen in. De typefouten worden hopelijk niet erger. In deze nieuwsbrief eerst over een nieuwe podcast-serie over de Stay Behind organisaties, waaraan we met veel plezier hebben mogen meewerken met een mooi resultaat. Verder vullen we het verhaal aan van een van de anti-militaristen die het munitiemagazijn probeerden op te blazen. Daarna over een bezoek aan het binnenste van een schuilplaats. Dan een openbaar artikel met terugkoppeling op de openbare tv-serie van de Hollandse Waterlinies. En tenslotte een lang artikel over leuke aanwinsten maar waar niet een heel verhaal achter ontdekt kon worden. Lees deze nieuwsbrief op: https://www.stelling-amsterdam.nl/nieuwsbrief/2023/nieuwsbrief-533/ Tip: houd de cursor boven elke afbeelding om een beschrijving te zien.
|
Dienstberichten- Om alvast in de agenda te noteren: op zaterdag 4 mei zal onze jaarlijkse dagexcursie weer gaan plaatsvinden! Het gebied van Abcoude tot en met Diemerdam gaan we dan bezoeken. Meer informatie en aanmelden volgt later. Inderdaad, het is op Dodenherdenking maar op een paar forten zullen we daar nadrukkelijk bij stil staan. - Er is een inhoudelijke reactie ontvangen op de nieuwsbrief 531 met als thema 'Het verzameld papier van een Stelling-pionier' over de schenking van Rob Schimmel. Dhr. Booman schreef: "in de jaren 70/80 had ik een oud-collega [...], een verwoed zendamateur. Ging altijd in het weekend naar het vuurtoreneiland waar hij een zendstation had. Hij deed aan "Moonbouncing". Het is een wild idee, maar mogelijk was het zijn antennemast?" - De inlaatzijde van de Inlaatsluis voor de Starnmeerpolder - nabij Fort bij Marken-Binnen - is door het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) gerestaureerd en de grenspaal O1 is op ongeveer de originele locatie teruggeplaatst. Zowel het restaureren van een inlaatwerk als het herplaatsen van een grenspaal zijn zeldzame acties die een applaus en compliment verdienen. Nu nog hopen dat het nabijgelegen laatste restje van de Liniewal in de Starnmeerpolder bij de dijkverbetering behouden zal blijven. - Onlangs vielen een paar teksten op waarin stond dat de Stelling van Amsterdam pas na de Frans-Pruisische (Duitse) Oorlog van 1870-1873 aan de ontwerp-Vestingwet werd toegevoegd. Paul Kamps (1947-2007) heeft een uitgebreide inventarisatie gemaakt van onder andere de wetten en Koninklijke Besluiten (K.B.'s) over het vestingstelsel. Helaas is dat nooit gepubliceerd, maar hij had het manuscript in 2007 met ons gedeeld. De K.B.'s over de Kringenwet zijn sindsdien een onderdeel van de website. Uit zijn informatie over de Vestingwet blijkt dat een nieuwe Stelling inderdaad in het derde en laatste ontwerp van 1873 werd toegevoegd. Een samenvatting van zijn tekst over het tot stand komen van de wet is toegevoegd aan de pagina over de Vestingwet.
|
Podcast Ondergronds FrontTekst: Rob van Oijen (Ongekend Nijmegen) Verstopte wapendepots, geheime trainingslocaties en vele dubbellevens. Onderzoeksjournalist Linda van der Pol lanceerde de zesdelige podcast Ondergronds Front. Over een ultrageheime verzetsorganisatie ten tijde van de Koude Oorlog, in het geval de Russen ons land binnen zouden vallen. Een organisatie waar ook nu nog veel mist omheen hangt. Vorig jaar werd Linda van der Pol door Radboud Erfgoed en Ongekend Nijmegen gevraagd om aan de slag te gaan met het Nijmeegs erfgoed omtrent de Koude Oorlog. Linda bezocht de schuilkelders onder de universiteit en dook de archieven in. Haar aandacht werd met name gegrepen door de Stay Behind-organisaties van gewone Nederlanders die - zonder dat hun omgeving het wist - zich voorbereidde op een inval van de Sovjet-Unie. De organisatie werd opgericht in 1952 en ging ter ziele in 1992, toen het gevaar uit het Oosten was geweken door de val van het communisme. Archieven over deze organisaties zijn deels geheim en deels vernietigd. Ongekend Nijmegeen vertelt de verhalen die we nog niet kenden. Omdat ze verzwegen zijn, omdat ze de geschiedenisboeken niet haalden, omdat ze niet in de historische canon pasten of omdat we ze niet (ge)zien (hebben). Soms zijn het prachtige voetnoten bij een grote geschiedenis. Soms zijn het juist deze ongekende verhalen die de loop van de geschiedenis bepaald hebben. De zes afleveringen verschijnen de komende weken een voor een op de bekende kanalen zoals Spotify. De eerste aflevering staat al online. Linda ontrafelt in gesprekken met onder andere een hoogleraar, onderzoekers, nabestaanden en bovenal een boswachter het verhaal achter deze bijzonder geheime operatie. Ondergronds FrontBeste Nederlanders
|
De anti-militarist in Duitse dienstTekst en foto: René Ros. In Nieuwsbrief 526 van april dit jaar stond een artikel over de SAJO anti-militaristen die in 1918 gepoogd hadden een munitiemagazijn op sectorpark '1800 Roeden' te laten exploderen. Op een archiefkaart van een van hen, Frederik van de Wal, stond "Waffen SS chemisch technoloog". Daar zijn we nog even het beperkt openbare Centraal Archief van de Bijzondere Rechtspleging (CABR) voor ingedoken. Het was al bekend dat hij amanuensis in het Wilhelmina Gasthuis in Amsterdam was geweest. Uit het CABR-dossier blijkt dat hij van 28 mei 1942 tot 13 juni 1945 als laborant werkte bij de "Nederlandsche Ambulance onder Duitsche Roode Kruis", wat een mobiel veldhospitaal met Nederlandse vrijwilligers was. Tot ongeveer 15 juli 1942 volgde hij een opleiding aan een S.S.-trainingskamp in Senheim. Waarom een (voormalige?) anti-militarist en communist vrijwillig in Duitse dienst zou treden, is een vraag waar mijn kennis en voorstellingsvermogen tekort schiet... Na zijn opleiding werd hij geplaatst bij de 3e Sanitairscompagnie en was hij werkzaam in Oranienburg en Stetting (Szczecin PL), vervolgens bij het Sanitaire Hauptambt in Berlijn. Daarna was hij chemisch-bacteriologisch laborant bij de Nederlandsche Ambulance in Kyiv, Mostar en Sarajevo. Om tenslotte in mei 1943 uitgeleend te worden aan het "5e Bacteriologisch Laboratorium van het Hygieenische Instituut te Berlijn". Ondertussen trouwde hij voor de derde keer, in Breda hetgeen er op wijst dat hij met verlof naar Nederland kon. Van 28 april tot 13 juni 1945 was hij betrokken bij een veldlazaret in Sleeswijk-Holstein. Om vervolgens als krijgsgevangene onder een Engelse commandant te werken in het Concentratiekamp Neuengamme. Hoe en wanneer hij in Nederland is teruggekomen is onduidelijk, maar op 23 juli ging hij vanuit Kamp Vught, mogelijk direct bij aankomst, een week naar het St. Joan de Deo Ziekenhuis te 's-Hertogenbosch. Ook Douwe Pijl zat later in dat kamp. In Kamp Vught maakte hij plannen voor "door ons te bouwen noodzakelijke apparaten een bijdrage te leveren aan de wederopbouw door het stichten van een bio-chemische industrie en laboratorium-instrumenten fabriek". Tevens stelde hij een voorstel op voor de bouw van een fabriek tot verwerking van eikels tot zetmeel, alcohol, inkt, azijn enzovoort. Op 20 mei 1947 werd hij overgeplaatst naar Kamp Proromo te Naarden. Drie dagen later volgde zijn gerechtelijke uitspraak, waarschijnlijk in Amsterdam, waarbij NSB-lidmaatschap en in Duitse krijgsdienst treden bewezen werden verklaard. Als straf werd ontzetting van het recht van kiezen en verkiesbaarheid opgelegd en internering van 1 jaar en 11 maanden. Vanwege de sinds 13 juni 1945 in voor-internering doorgebrachte tijd betekende dat onmiddellijke invrijheidsstelling. Mogelijk had hij daarna problemen met zijn gezondheid. Hij verhuisde in mei 1950 van Amsterdam naar Hoorn en zou daar nog hetzelfde jaar op 48-jarige leeftijd zijn overleden. Een enerverend en bijzonder leven moet het zijn geweest, maar of hij gelukkig was??? 'Het te korte lontje van de SAJO' in Nieuwsbrief 526 (2023)
|
Onder de Fransche KampheideTekst en foto's: René Ros. Er is nog zo veel te bezoeken en te bekijken, en tijd is maar beperkt. In 25 jaar had ik nog geen granaatvrije schuilplaats van binnen kunnen bekijken. De meeste zijn hermetisch dichtgemetseld, maar in 2011 is er één opengemaakt en van een deur voorzien. Die deur is nooit open als je toevallig in de buurt bent. En aankondigingen missen en niemand lastig willen vallen door om een speciale behandeling te vragen. Dankzij een uitgestoken hand was onlangs een exclusief bezoek mogelijk. Op initiatief van Klaas Oosterom van de Historische Kring Bussum werd in 2011 door de mannen van stichting Herstelling en een grondverzetbedrijf een granaatvrije schuilplaats 1918/II uitgegraven. Op de Fransche Kampheide, ten zuidwesten van Bussum, zijn in 1918 maar liefst 62 van dergelijke schuilplaatsen gebouwd. De oplettende lezer zal opmerken dat dat in de Nieuwe Hollandse Waterlinie is. In de Stelling van Amsterdam hebben we soortgelijke schuilplaatsen in de Voorstelling bij Spaarndam. Daar zijn ze heel mooi en indrukwekkend in het open weiland gelegen, maar allemaal dichtgemetseld. De toegang was kleiner dan gedacht en ik moest op handen en knieën naar binnen én naar buiten kruipen. Binnen is het 190 cm. hoog en kan ik er zeker niet staan, maar de ruimte was toch groter dan het buiten lijkt. Aan de keelzijde is het een schuin aflopende wand en die (b)lijkt dunner dan ik had gedacht. Hier kan je wel 12 man met wat spullen (een sectie) dwingen te verblijven als ze beschoten zouden worden. De binnenwanden van grindbeton zijn nog netjes met cement afgestreken ook. Verder is het een donker en nat hol, waarvan we blij mogen zijn dat het nooit gebruikt moest worden. Een door een explosie beschadigd exemplaar laat zien dat ze wel een klap konden weerstaan. De schuilplaats lijkt binnen eigenlijk sterk op de twee nog aanwezige galerijen bij de Legerplaats bij Oldebroek voor in 1918 gehouden schietproeven. Het winterseizoen is begonnen en de rondleidingen zijn voor dit jaar geëindigd. Als je wilt helpen met het geven van rondleidingen mag je je al melden. Om deel te nemen aan een rondwandeling met bezoek aan de schuilplaats, dan moet je wachten tot volgend voorjaar. We zullen je via deze nieuwsbrief laten weten wanneer de rondleidingen weer beginnen. Wellicht moeten we dan iets afspreken om te testen of er inderdaad 12 personen in de schuilplaats passen??? Voorstelling bij Spaarndam
|
Hollandse Waterlinies in 12x12 minutenTekst: René Ros. Van augustus 2023 tot in 2024 zonden en zenden een viertal regionale omroepen een 12-delige tv-serie van RTV Utrecht over de Hollandse Waterlinies uit. Mooi om te zien dat de bundeling van linies ook daar tot een samenwerking leidt. Laten we beginnen met een positieve zin en daarna een paar opmerkingen. De meeste informatie is goed. Punt. Het is daarom misschien niet positief, maar wel efficiënt om alleen verbeterpunten op te merken. Alles bij elkaar valt het reuze mee, maar het is zo makkelijk te voorkomen. Hieronder volgen per aflevering kort de opmerkelijke citaten, retorische vragen en andere opmerkingen. Om het nog korter te houden, wordt hier meestal niet uitgelegd wat de juiste informatie is. Ook wel leuk om te zien of jij, de lezer, weet waarom de opmerking wordt gemaakt. Tevens is er een score van het aantal locaties die in de afleveringen aan bod kwamen, naar hun oorsprong in de NHWL of de StvA. Aflevering 1: Bescherming door forten, sluizen en dammen (1-1) Aflevering 2: Inunderen (2-3) Aflevering 3: Het soldatenleven (1-1) Aflevering 4: Natuur (3-0) Aflevering 5: De functie van forten (1-1) Aflevering 6: Nieuw leven op de forten (1-2) Aflevering 7: Natuurbeheer (1-1) Aflevering 8: Waterbeheer (3-1) Aflevering 9: De Forteilanden (0-1) Aflevering 10: Vestingen (5-0) Aflevering 11: Innovaties van toen en nu (1-1) Aflevering 12: Er komt steeds meer leven op de forten! (2-2) De score NHWL-StvA was om te zien of de serie een beetje evenwichtig was in de keuzes van de locaties. Van elke linie komen twee forten dubbel voor en zijn dubbel geteld. De totaalscore is 21-14 zodat de StvA (en Noord-Holland) er bekaaid van afkomt, terwijl het de grootste van de twee linies is. Natuurlijk is hier de spanning tussen vermaak versus historische informatie weer te zien. Van deze tv-serie is de indruk, dat ook het productieteam dacht voldoende kennis te hebben. Ze vertrouwden op de gasten, en dat was in de meeste gevallen terecht, maar voorkwamen niet dat verkeerde informatie werd gepubliceerd. Afleveringen Hollandse Waterlinies op website RTV Utrecht
|
Aanwinsten met een kort verhaalTekst: René Ros. Het afgelopen half jaar zijn er weer vele voorwerpen geschonken of anderszins verworven en deels kon daarover hier een verhaal verteld worden. Van een aantal kon wel de eerste eigenaar geïdentificeerd worden, maar werd niet meer informatie over hun militaire carrière gevonden. Daardoor ontbreekt dus het verhaal en is ook niet bekend in welke plaatsen of op welke forten zij gelegerd waren. Maar dat wil niet zeggen dat de voorwerpen zonder waarde zijn en ook op zichzelf (kort) aan bod kunnen komen. Het eerste voorwerp is een ingelijste oorkonde voor het 'Mobilisatie-Herinneringskruis 1914-1918' mét achter het glas ook de bijbehorende medaille (zie foto rechts). We hadden al twee losse medailles van verschillende kwaliteit, maar nog geen oorkonde. Bijkomend voordeel is dat de oorkonde enige aanwijzingen bevat. Het is uitgegeven door de Bond "Het Mobilisatiekruis Afdeeling Haarlem" aan "J. van Vliet", "mil.-sold. 10 Regt. Inf". Zowel de afdeling als het regiment maakte het passend in onze collectie én verkleinde het zoekgebied naar de persoon tot Haarlem en omgeving. Na een zoektocht zijn er twee mogelijke kandidaten gevonden maar onvoldoende informatie over hen om tot een echte identificatie te komen. Wat we wel al wisten, is de ontwerper die rechtsonder op de oorkonde genoemd wordt: André Vlaanderen, zelf op Fort bij Velsen gelegerd. Dan hebben we nog de 26! prentbriefkaarten die tussen 2-9-1913 en 22-10-1914 door de geboren en gestorven Rotterdammer Adrianus de Keijser (1893-1969) zijn verstuurd aan Mej. A. van der Ent in "Rotterdam voorm. Chaleroi". Het heeft geholpen omdat ze op 2 mei 1917 in Rotterdam met elkaar zijn getrouwd, waarbij hij voor zijn huwelijk als Nederlands-Hervormd te boek stond en daarna als Gereformeerd. De pech is dat De Keijser na inlijving bij het 4e Regiment Infanterie in 1913, onmiddellijk werd overgeplaatst naar de 4e Compagnie Hospitaalsoldaten en daarmee is moeilijk te achterhalen waar hij gelegerd was. Op de kaarten noemt hij het Militair Hospitaal Kampen en Militair Hospitaal Delft als postadres en dat komt overeen met detacheringen in zijn Staat van Dienst. Tussen de mobilisatie en oktober 1914 heeft hij 20 prentbriefkaarten vanaf het Paleis van Volksvlijt in Amsterdam verzonden. Maar juist over de periode eind 1914 tot voorjaar 1918 ontbreekt informatie in zijn Staat van Dienst. Wel vermeldde hij "LWAT" maar het is onduidelijk wat dat betekent, mogelijk Landweer Autotrein. Er is namelijk een foto bekend van "Het Autopark van het Stelling-Hoofdkwartier" voor dat paleis. Mogelijk dat hij er op een ambulance dienst heeft gedaan of was hij alleen maar in het Paleis ondergebracht. Verder komen we ook hier helaas niet. Ook bijzonder is een foto van een groep militairen en één burger met op een bord "1911 Landstorm 2.R 3 Comp." (zie foto links). De Landstorm bestond uit eerder vrijgestelde of uitgelote militieplichtige mannen, die vanwege de mobilisatie tóch opgeroepen werden als landstormplichtige. Daarom betekent het jaartal 1911 niet dat de foto toen is gemaakt, het gaat om mannen van de lichting van 1911 die alsnog in 1916 werd ingelijfd. En de foto is dan ook in 1916 als prentbriefkaart verzonden. De geadresseerde was een mejuffrouw in het Elisabeth Gesticht aan de Mauritskade in Amsterdam en via haar kon de afzender achterhaald worden: de Rooms-Katholieke handelaar in aardappelen Hendricus van der Wende (1891-1977). Hij werd op 10 juli 1916 ingelijfd bij de 3e Compagnie van de Depot Afdeling van ons 2e Regiment Vesting-Artillerie. Die Depot Afdeeling moet op de Oranje-Nassau Kazerne zijn gelegerd, daar moet ook de foto zijn gemaakt en heeft hij er verbleven tot hij in oktober 1917 bijzonder verlof kreeg. Hij kreeg drie straffen opgelegd, maar daaruit blijkt niet waar hij op die momenten was. Dan houdt het verhaal helaas op. De jonge lichtingen van de Infanterie werden destijds niet gelegerd op de forten, maar bij het Veldleger op de Veluwe en in Brabant. Doordat we in de Eerste Wereldoorlog neutraal bleven kregen ze tot taak om de grens te bewaken. Van het Amsterdamse 7e Regiment Infanterie is bekend, dat ze vanuit Tilburg in het gebied ten zuiden ervan wachtliepen. Over die grenswacht zijn meer boeken met persoonlijke herinneringen verschenen, dan over het verblijf op forten. In het verleden is er daarom in deze nieuwsbrief ook aandacht aan geschonken, inclusief een thema-nieuwsbrief. Een heel bijzondere aanwinst is daarom een affiche of folder (zie foto rechts) met deze kop: "Mobilisatie-Programma door en voor Militairen van het 2e Bataljon, 7de Regiment Infanterie te geven op Maandag 23, Dinsdag 24, Woensdag 25 en Donderdag 26 November 1914, te Moergestel". Erop werd zang, accordeon, piano, viool, sneltekenen, goochelen en een klucht aangekondigd. Blijkbaar is het zo zeldzaam dat ook het Nationaal Militair Museum én het Nederlands Instituut voor Militaire Historie het niet in hun collectie hebben! En het is nog in goede staat, zonder gaatjes, met alleen wat lichte kreukels en een vochtplek. De eerste eigenaar behoorde tot dat 7e Regiment Infanterie en zijn naam staat er niet als uitvoerende op, zodat het logisch is om aan te nemen dat hij als publiek in de zaal heeft gezeten. De namen van de zestien optredende militairen zijn in de database ingevoerd en zeven geïdentificeerd. Met relatief veel Israëlitische diamantslijpers. De goochelaar Biallosterski is nog niet geïdentificeerd, terwijl hij een familielid kan zijn van een Tweede Wereldoorlog-held die samenwerkte met een oprichter van de naoorlogse Stay Behind organisatie Operaties. Die onderliggende relaties vinden, is het bijzonder leuke aan het uitzoeken van de betrokken mensen. Er zijn nog een paar verbanden te leggen met foto's en personen, maar laten we het nu niet te lang maken. Het affiche komt uit de nalatenschap van Henri Charles Louis van Eldik (1890-1953), samen met vier foto's van zijn militaire leven waaronder twee uit Moergestel. Iemand waarmee hij een familieband kreeg, is Lambertus Hulsman (1898-1987) die bij het Amsterdamse 2e Regiment Vesting-Artillerie diende. Een foto "Afzwaaiers" in 1919 (zie foto links) op de Oranje-Nassau Kazerne is daar het bewijs van en kon ook aan de collectie worden toegevoegd. Wat de familieband tussen Van Eldik en Hulsman is? Hun zoon en dochter trouwden met elkaar. En via de kleindochter is hun beider militaire materiaal in onze collectie terechtgekomen. Van Eldik was bij het huwelijk al overleden, dus helaas hebben ze elkaar nooit over hun diensttijd op verjaardagsfeestjes kunnen spreken... Soldaat Vlaanderen
|
Deze nieuwsbrief is een uitgave van het Documentatiecentrum Stelling van Amsterdam. De redacteurs en auteurs aanvaarden geen aansprakelijkheid, op welke wijze ontstaan, door het gebruik van de inhoud van de website, nieuwsbrief of andere publicatie, door welke persoon en voor welk doel dan ook. Wij hebben ons best gedaan om alle rechthebbenden op deze website / nieuwsbrief te achterhalen. Eenieder die meent dat zijn/haar materiaal zonder voorafgaande toestemming hier is gebruikt, verzoeken wij om zich tot ons te wenden. Bij gebruik als bron voor publicaties en andere uitingen is bronvermelding verplicht en tevens wordt deskundige begeleiding, door bijvoorbeeld de redacteur of auteur, aanbevolen. In de nieuwsbrieven weergegeven meningen zijn een deel van een column of strikt persoonlijk tenzij expliciet anders is aangegeven. 'Majoor Van Hall' en 'Soldaat Troelstra' zijn fictieve militairen uit het verleden die dienen als pseudoniemen voor verschillende personen. Activiteiten zoals rondleidingen worden mogelijk door andere partijen georganiseerd en de verantwoordelijkheid voor inhoud, uitvoering e.d. ligt geheel bij de betreffende partij. De inhoud van een nieuwsbrief wordt na publicatie niet meer gewijzigd en kan later onjuist zijn gebleken of niet meer van toepassing zijn. De auteursrechten berusten bij René G.A. Ros tenzij anders is aangegeven. |