Nieuwsbrief 512Nieuwsbrief Stelling van Amsterdam
InhoudIn deze nieuwsbrief:
|
InleidingHet is begrijpelijk dat de nieuwsbrief van 23 februari zeer matig is gelezen. De Russische inval de volgende dag kon je van verre zien aankomen, maar op het moment verrast het dan toch. Lees de vorige en deze nieuwe nieuwsbrief maar om de gedachten te verzetten. Lees deze nieuwsbrief op: https://www.stelling-amsterdam.nl/nieuwsbrief/2022/nieuwsbrief-512/ Tip: houd de cursor boven elke afbeelding om een beschrijving te zien.
|
Dienstberichten- Op 3 maart vond de - in deze nieuwsbrief aangekondigde - Netwerkmiddag van het Kenniscentrum Waterlinies over militaire beplantingen plaats. Inmiddels is er een kort verslag beschikbaar, met links naar de presentaties. - Omroep Heemskerk heeft een programma gemaakt met aandacht voor de Stelling in haar gebied. René Ros was in de studio om de grote lijnen te verklaren rond een video met bezoeken aan drie forten. Het programma en drie langere versies van de forten-reportages kan je bekijken op: - Onder voorbehoud van tegenvallers, maar zoals het er nu voor staat zijn de volgende twee nieuwsbrieven een tweedelige thema-nieuwsbrief. En wel over een fort van de Stelling dat nog in 1939-1940 een bezetting heeft gehad. Verheug je alvast want er zijn weer persoonlijke herinneringen én unieke foto's gevonden! De eerste nieuwsbrief zal op 2 mei verschijnen en de tweede een week later. De eerstvolgende gewone nieuwsbrief verschijnt mogelijk pas eind mei - dan hebben we ook een beetje vakantie.
|
De Russisch-Oekraïense OorlogTekst: René Ros. En toen was het geen geschiedenis meer, maar brak er een oorlog in Europa uit. Deze nieuwsbrieven willen over het verleden gaan en, net als tijdens de corona-pandemie, de lezers afleiding bieden. Maar er helemaal niets over zeggen kan ook niet. Op sociale media hadden we heel veel epidemiologen en die lijken zich binnen een seconde, allemaal omgeschoold te hebben tot militair-strategen. Heel bijzonder om te zien, voor iemand die zijn eigen mening er niet geeft, omdat hij niet kan begrijpen dat anderen geïnteresseerd zijn in de mening van een persoon zonder relevante kennis. De bezoekcijfers van de Stelling van Amsterdam en Forten Info websites zijn sinds de inval op 24 februari van Rusland in Oekraïne 'geëxplodeerd'.
Via links en zoekacties kwamen heel veel bezoekers naar de webpagina's over schuilkelders. Pas drie weken later waren de bezoekcijfers redelijk terug op hun oude niveau. Er kwamen zelfs verzoeken voor interviews, maar daar heb ik niet aan meegewerkt. Ook in een moderne oorlog zijn inundaties nog relevant, zoals in deze nieuwsbrief in 2013 werd genoemd. Het gebied ten noorden van Kyiv is onderdeel van een van de grootste moerasgebieden in Europa, het Pripet moeras. Daardoor zijn de Russen gedwongen een beperkt aantal wegen te gebruiken. Een oorlog maakt ook duidelijk of de veronderstelde afschrikking van een leger correct was. Vooralsnog lijken de Russen hun imago van een krachtig landleger én cyberleger verloren te hebben. En wellicht hadden de Oekraïners vooraf hun capaciteiten als afschrikking uitgebreider moeten etaleren? Wat vooral zo vreemd is, is het volgende. Als je een lekke band krijgt, neem je voortaan altijd plakspullen mee. Als er bij je ingebroken wordt, installeer je bewakingscamera's. Als iemand bedreigt wordt, dan krijgt die persoonsbeveiliging. En die maatregelen worden vaak nooit meer ongedaan gemaakt. 'Leopard tanks in een natuurlijke inundatie' in Nieuwsbrief 416 (2013)
|
Vondsten in de bodem van Fort bij UithoornTekst en foto's: René Ros. In november 2000 werd door Jurgen Lamers en Leo Schaders met metaaldetectoren gezocht op het Fort bij Uithoorn. Daarbij werden een aantal voorwerpen gevonden waarvan we nog steeds afvragen wat het zijn en waarvoor het werd gebruikt. De informatie dat een Stay Behind organisatie het fort heeft gebruikt, geeft een mogelijke denkrichting. Wie kan helpen? Op een plek werd 20-30 cm diep een keurig opgestapelde verzameling materiaal gevonden. Momenteel zijn er van elk voorwerp maar één of twee exemplaren aanwezig. Niet duidelijk is of niet alles is opgegraven of nadien is verdwenen. Het flesje is van transparant glas, is ongeveer 12 cm hoog en afgesloten met kurk. We durven het kurkje er nog even niet af te halen. Op de bodem staat in profiel "200" en dat zal het volume in ml. zijn, en tevens de cijfers "624 B". Er zit een substantie in dat op wit rubber lijkt. Tegen het glas lijkt het aangekoekt maar een groot deel is nog vloeibaar en lijkt gescheiden in een witte en grijze vloeistof. De motor lijkt een soort elektrische menger te zijn, waar aan het uiteinde iets bevestigd kan worden met een draaikoppeling die lijkt op die van boormachines. Het is ongeveer 24 cm hoog en de behuizing lijkt van aluminium en koper. Het is voorzien van een snoer met oude stekker met drie pinnen. Op de stekker de teksten "Made in Italy" en "10A 250V" met een logo van "AAG" met een vogel erin. Dat lijkt te gaan om het nog bestaande A.A.G. Stucchi dat zijn oorsprong in 1944 vindt en vanaf 1950 onder die naam werkt. Zij zijn midden maart 2020 benaderd maar er is nog geen reactie ontvangen. De transformator is een metalen kastje, 13 cm kubus, met een handgreep bovenop en een bevestigingssleuf op de achterzijde. Op de voorzijde zit een soort plug-ingang waarmee de ingangsspanning kan worden opgegeven: 110, 130, 145, 190, 220 en 245 volt. Middenin die plug is de tekst "Modello Depositato" te lezen, hetgeen Italiaans is voor "Geregistreerd model"
en lijkt te wijzen op fabrieksproductie in Italië. De stekker met twee pinnen die in de plug past, bevat de tekst "Cambio Tensioni" wat vertaald naar "Spanning wijzigen". Eronder zit een contact voor twee pinnen. Een lampje, schakelaar en draaiknop complementeren de voorzijde. Het lijkt om materiaal uit de jaren 1950 te gaan en toen maakte een Stay Behind nog geen gebruik van het fort. Daarnaast is het mogelijk dat de 'motor' en de transformator zelfbouw of aangepast zijn. Foto's van het materiaal
|
De scheerkist van UitermeerTekst en foto's: René Ros. Fortgebruikers krijgen soms zo maar historische voorwerpen in de schoot geworpen. Zo ontving stichting Uiteraard Uitermeer een houten scheerkist met de naam van hun fort in de deksel uitgesneden. En ook een briefje met de naam van de man uit wiens nalatenschap het komt. Maar de stichting doet geen historisch onderzoek en is naast rondleidingen vooral heel druk met terreinbeheer en publieksactiviteiten. Om zelf niet overwerkt te raken, had ik mezelf beloofd om alleen eigen spullen te onderzoeken. Maar ja, het zijn aardige mensen, ze bieden ons een mooie kantoorruimte en je bent toch nieuwsgierig naar zo'n zeldzaam voorwerp. Dus een eerste poging gedaan en die liep dood. En dan wordt het een uitdaging... De eerste poging was het vinden van het militieregister waar hij in genoemd wordt. Dat bleek een militieregister van de gemeente Leiden te zijn. Normaal staat daar of iemand wel of niet is aangewezen voor militaire dienst en de eenheid waar hij werd ingelijfd. Maar die eenheid wordt niet in dat militieregister genoemd! Maar die eenheid is wel nodig om een korte stamboekvermelding of een uitgebreidere controlelijst (vanaf 1904) te vinden. In de stamboeken van officieren kan je op naam zoeken en daar komt hij niet in voor. Het gebeurd niet vaak, maar over Pieter Adrianus Lefeber (1877-1956) konden we helaas niets vinden. Vervolgens nam ik contact op met de nazaten en die lieten weten dat de naam op het briefje toch niet de juiste is. Volgens hen is de scheerkist van Arie Lefeber (1880-1966) geweest. En Arie Lefeber was makkelijker te vinden, omdat hij officier is geworden. Geen beroepsmilitair, maar na aanvankelijk dienstplichtig bij het 4e Regiment Infanterie (Leiden-Haarlem) en landweerplichtig bij het 29e Bataljon Landweer Infanterie te zijn geweest, werd hij in 1915 reserve-officer in de rang van Tweede-Luitenant. Van alle drie eenheden was zijn stamboek-vermelding snel online gevonden. Nu wil het toeval dat hij Reserve-Tweede-Luitenant werd, 17 dagen nadat de fortcommandant Van der Weide overleed. Tweede Luitenant is geen rang die past bij een fortcommandant, maar zou er op het fort doorgeschoven zijn en werd hij bevorderd om het officierskorps op het fort aan te vullen? Dat is misschien een wat te ver gezochte theorie over de aanleiding. Als de scheerkist inderdaad van Arie Lefeber is geweest omdat hij op het fort heeft gediend, dan moet hij er gedetacheerd zijn geweest. Vooralsnog is dat te onzeker om hem een biografie op de website te geven. Misschien vinden we later toch nog aanknopingspunten over de eigenaar, en wellicht de maker, van deze fraaie scheerkist?
|
Gemeentelijke herindelingenTekst: René Ros. In 2022 vonden twee gemeentelijke fusies in het Stellinggebied plaats. Op 1 januari gingen Beemster op in de gemeente Purmerend samen. En per 24 maart is de gemeente Weesp opgeheven en opgegaan in de gemeente Amsterdam. Omdat de gemeente Beemster veel taken niet meer zelfstandig kon uitvoeren, ging ze in 2014 een ambtelijke samenwerking met Purmerend aan. In 2018 besloten de gemeenteraden van beide gemeenten om samen te gaan. Er is blijkbaar geen referendum over geweest, een weinig controversieel besluit en een soepele uitvoering. Twee qua oppervlak en aantal inwoners nogal verschillende gemeenten gingen daardoor vanaf de jaarwisseling verder als één gemeente. In Weesp was dat een iets ander verhaal, met een kleine gemeente op de rand van de Gooi- en Vechtstreek tegen het grote Amsterdam. Het vorige herindelingsplan was om gelijk met de gemeenten Muiden, Bussum en Naarden in 2016 te fuseren tot Gooise Meren, maar door eigenaardig gekonkel door Bussum is Weesp daarbuiten gehouden. Vast niet omdat het dorp Bussum zich dan een buitenbeentje voelde tussen de drie vestingsteden. Weesp was al meer gericht op Amsterdam voor voorzieningen zoals ziekenhuis, winkels en werk. En met Gooise Meren was de gemeentelijke herindeling mogelijk nog niet gedaan en één grote gemeente Gooistad werd weer genoemd. In 2018 konden de Weespers in een referendum aangeven of ze de gemeente wilden laten fuseren met Gooise Meren of Amsterdam. Door 62% van de stemgerechtigden werd gestemd en 56,5% stemde voor Amsterdam, hetgeen door de gemeenteraad werd overgenomen. In 2020 vond de ambtelijke fusie plaats en werden de taken door de gemeente Amsterdam uitgevoerd. Op 10 maart vond de laatste gemeenteraad plaats en met de verkiezing van de bestuurscommissie Weesp op 16 maart was de bestuurlijke fusie voltooid. Per 24 maart 0.00 uur is de plaats Weesp onderdeel van de gemeente Amsterdam. In onze objecten-database zijn beide fusies inmiddels doorgevoerd. In de gemeente Beemster stonden 58 objecten met in totaal 252 onderdelen genoteerd en deze zijn aan Purmerend gekoppeld. In Weesp ging het om 150 objecten met 128 onderdelen. Google Maps is een stuk trager en heeft de gemeentegrenzen nog niet bijgewerkt, zelfs Gooise Meren klopt nog niet. Voor beide fusies is 'onvoldoende bestuurskracht' de reden geweest. Ik heb lang gedacht dat men bedoelde, dat er betere wethouders konden zijn als ze voor een grotere gemeente meer werkdagen hadden. Ondertussen realiseer ik me dat het om het ambtenaren-apparaat moet gaan. Een kleine gemeente kan onvoldoende medewerkers inhuren die zich zodanig kunnen specialiseren dat de taken goed worden uitgevoerd. Sinds de ambtelijke fusie zijn de Amsterdamse ambtenaren vrolijk het buitengebied van Weesp gaan ontdekken. Er lijkt een inhaalslag gemaakt te worden en veel bruggen, wegen en kades worden opgeknapt. Auto's van de Amsterdamse parkeercontrole reden met een bordje 'gemeente Weesp' rond. Omdat ook het politiedistrict is gewijzigd, is de politie aan elke deur geweest om te wijzen op de nieuwe wijkagenten en te vragen wat de zorgen in de buurt zijn! Monumentenzorg was in de gemeente Weesp een kleine afdeling en je hoorde en zag er weinig van. Maar ook de Amsterdamse afdeling 'Monumenten en Archeologie' is de weilanden ingetrokken en is zich aan het verdiepen in de forten. De gemeente Amsterdam heeft nu te maken met twee werelderfgoederen. Ze zijn ook actief geworden met behoud en opgraving bij Radarstation Seeadler, voor zover dat nog kan na de misstappen van de gemeente Weesp. Wat Weesp betreft ziet het er goed uit, nu maar hopen dat Amsterdam de interesse en inzet volhoudt. Hopelijk zijn en blijven ook de inwoners van de Beemster tevreden.
|
Electronisch jaarboekje 1955Tekst en afbeelding: René Ros. Is de Koude Oorlog een periode om bij stil te staan? Of daarin iets is bereikt staat open voor discussie, maar er is wel wat gedáán. Ook dochter Kitty van luchtmachter Hans Pothoven (1937-2016) had zich dat nog niet helemaal gerealiseerd. Voor haar zijn de foto's en documenten vooral een persoonlijke herinnering aan haar vader en hun verblijf op Spijkerboor en in Duitsland. En geheel terecht! Als sergeant was Pothoven commandant van het detachement Spijkerboor van de verbindingsdienst Koninklijke Luchtmacht, voor de straalzender op het fort. Daarna verhuisde het gezin naar een Nederlandse Siedlung in Duitsland, omdat hij bij de Groep Geleide Wapens (GGW) ging werken. Op zijn (laatste) identiteitsbewijs krijgsmacht staat de rang Adjundant-oo genoemd. Ik kreeg de gelegenheid om door zijn documenten te snuffelen en een aantal foto's uit de fotoboeken te scannen. Het merendeel toont familieleden in de voorgrond en het fort in de achtergrond. Daarom zijn de meeste niet geschikt voor publicatie, maar wel voor studiedoeleinden. In het agenda-deel van het boekje staan notities van 4 april t.e.m. 23 december 1955, het merendeel in slecht leesbaar potloodgekrabbel. De term 'pegelen' komt vaak voor en daarmee zal niet overmatig drankgebruik, maar het ijken van de radio-apparatuur bedoeld worden. Onder andere op 4 augustus staat een van de vele keren "Diesel gedraaid 09.35 11.50" over proefdraaien van het aggregaat. Op 24 juni "Naar Den Helder buizen voorraad halen". Diverse oefeningen staan aangegeven en ook het afbranden van de loods op 16 april 1955. Voorin het boekje staat een lijst van 13 Engelse rangen en achternamen. Dit moet de bemanning zijn van het RAF-detachement dat toen op het fort verbleef. Ook staan er een paar (Nederlandse) namen, telefoonnummers en adressen in. Daardoor is er enig vermoeden dat Frühling uit Den Haag kwam. Maar het is allemaal nog te recent om te kunnen zoeken in persoonsgegevans in archieven. Kitty vertelde tijdens onze ontmoeting dat ze thuis nog een portret van haarzelf als klein meisje heeft hangen, dat door een van de dienstplichtigen was gemaakt. De naam van de kunstenaar wist ze niet helemaal zeker. Toen ze probeerde delen van de naam te herinneren, herkende ik die naam! Na contact met zijn weduwe weten we zeker dat het om Gerard Kuiper gaat. Hij was een van de dienstplichtigen op het fort, maar zijn toenmalige vriendin mocht de kerstdagen van 1959 op het fort doorbrengen. Met haar ben ik in 2009 in contact gekomen omdat ik met dienstweigeraar Klaas Vonk op het fort had afgesproken, en zij toevallig op het fort kwam kijken. Uiteraard heb ik hen beiden met elkaar in contact gebracht en ze hebben samen herinneringen opgehaald. Twee mensen wiens leven zonder de Koude Oorlog anders was verlopen... Fort bij Spijkerboor
|
Deze nieuwsbrief is een uitgave van het Documentatiecentrum Stelling van Amsterdam. De redacteurs en auteurs aanvaarden geen aansprakelijkheid, op welke wijze ontstaan, door het gebruik van de inhoud van de website, nieuwsbrief of andere publicatie, door welke persoon en voor welk doel dan ook. Wij hebben ons best gedaan om alle rechthebbenden op deze website / nieuwsbrief te achterhalen. Eenieder die meent dat zijn/haar materiaal zonder voorafgaande toestemming hier is gebruikt, verzoeken wij om zich tot ons te wenden. Bij gebruik als bron voor publicaties en andere uitingen is bronvermelding verplicht en tevens wordt deskundige begeleiding, door bijvoorbeeld de redacteur of auteur, aanbevolen. In de nieuwsbrieven weergegeven meningen zijn een deel van een column of strikt persoonlijk tenzij expliciet anders is aangegeven. 'Majoor Van Hall' en 'Soldaat Troelstra' zijn fictieve militairen uit het verleden die dienen als pseudoniemen voor verschillende personen. Activiteiten zoals rondleidingen worden mogelijk door andere partijen georganiseerd en de verantwoordelijkheid voor inhoud, uitvoering e.d. ligt geheel bij de betreffende partij. De inhoud van een nieuwsbrief wordt na publicatie niet meer gewijzigd en kan later onjuist zijn gebleken of niet meer van toepassing zijn. De auteursrechten berusten bij René G.A. Ros tenzij anders is aangegeven. |