Nieuwsbrief 549Nieuwsbrief Stelling van Amsterdam
InhoudIn deze nieuwsbrief:
|
InleidingWelkom bij de laatste nieuwsbrief van 2024 met daarom een virtuele kerstkaart. Een keelkazemat van Fort bij Nigtevecht vertelt sinds kort op eigentijdse wijze het verhaal van het fort en de omgeving. Ook een kort verslag van de militaire zaken die tijdens de zomervakantie gezien en bezocht zijn. Lees deze nieuwsbrief op: https://www.stelling-amsterdam.nl/nieuwsbrief/2024/nieuwsbrief-549/ Tip: houd de cursor boven elke afbeelding om een beschrijving te zien.
|
Dienstberichten- De vijf posters over de Stelling van Amsterdam, gemaakt door Lex Tempelman†, bleken in november 2024 onderdeel van de bezittingen van stichting MEGA. Ze waren na gebruik op het Hembrugterrein verdwenen, maar op onbekende wijze toch weer boven 'inundatiewater' gekomen. - We hadden al de atlas uit 1871 van J.H. Kromhout met plattegronden van zijn plannen voor een nieuwe Stelling van Amsterdam. Onlangs hebben we ook het bijbehorende boek verworven. De locaties van de forten zijn in de database genoteerd, evenals de bewapening en de bezetting van kanonniers. Grappig ende leuk om in detail door te nemen en meditatief om digitaal te noteren. Maar ja, nooit gebouwd en daarom alleen interessant voor nerds. Onthou als gewone lezer maar dat als ze wel gebouwd waren, we heel bijzondere forten aan de huidige rand van Amsterdam zouden hebben. - Reacties:
|
Fijne feestdagen!Tekst en foto: René Ros. Mede namens de andere betrokkenen van het Documentatiecentrum Stelling van Amsterdam wens ik alle lezers fijne feestdagen, een goede jaarwisseling en alvast een voorspoedig 2025! In 2024 hebben we een heel geslaagde dagexcursie en succesvolle relatiedag gehad. Ook een aantal lezingen gegeven, maar door persoonlijke omstandigheden minder dan vorige jaren. Veel aanwinsten voor de collectie, waarvan uit de meeste interessante informatie gehaald kon worden. En veel, hopelijk interessante, artikelen in de vijftien nieuwsbrieven. Hopelijk heb jij, de lezer, een goed jaar gehad met weinig strubbelingen en veel leuke dingen gedaan met lieve mensen. Voor hen met tegenslagen, die wensen we veel sterkte met het herstellen ervan. Heel veel dank aan de vrijwilligers, sponsors en donateurs die het werk ook dit jaar hebben ondersteund. We hopen dat iedereen plezier heeft gehad en nieuwe kennis heeft opgedaan door ons werk. Er zitten meerdere activiteiten voor volgend jaar in de planning, dus wellicht ontmoeten we elkaar daar onder goede omstandigheden?
|
Kanon en militairen vertellen hun verhaalTekst en foto: René Ros. Wat kan je met een keelkazemat doen, de kleine ruimte waar ooit de kanonnen en mitrailleurs stonden? Op 15 september jl. heeft Natuurmonumenten stilletjes de kazemat-beleving ''Bewapend met water'' geopend op het Fort bij Nigtevecht. Ze laten zien wat je met een keelkazemat kan doen, om te beginnen door er een kanon van 1,5 kg. in te plaatsen. Het originele "Kanon van 10 cM. Kazemat" woog 750 kg. dus je kan je voorstellen dat nu ander materiaal is gebruikt. Deze nabootsing doet aan de levensechtheid niet af, zolang je het maar niet optilt en aanraken mag inderdaad niet. Op de andere affuit is een interactieve opstelling met een mega-grote smartphone dat de bediening van geschut laat zien. De dichtgemetselde schietgaten zijn open gemaakt en de binnenmuren hebben een verfje gekregen. Naast het kanon is als tekenfilm een leuke dialoog, tussen sergeant Van Nieuwenhoven en korporaal Overduin te zien en te beluisteren, over het leven op het fort. Als oplettende lezer van deze nieuwsbrief zal je daarbij opvallen dat informatie over het dagprogramma en voeding is gebaseerd op de informatie die eerder dit jaar over de Tuchtklasse Edam werd gevonden. Tussen de affuiten en schietgaten voor de mitrailleurs is een interactief scherm waarmee je, overdekt en op de grond, vanuit een droneperspectief kunt rondkijken over de omgeving. Met name de inundatiewerken worden er in aangegeven. In de munitienissen zijn panelen aangebracht, met aanvullende informatie over de Stelling, bewapening en inundatie. Het hele historische verhaal is gratis te beleven, tijdens de normale openstellingen van het fort op zaterdag en zondag van 11.00 tot 17.00 uur. Je kan de beleving dan in de linker keelkazemat vinden. Het is erg mooi geworden en inhoudelijk is zo goed mogelijk de bekende informatie gevolgd. Met gebruikmaking van materiaal uit de collectie van het Documentatiecentrum Stelling van Amsterdam, is door René Ros bijgedragen aan de inhoud van de diverse elementen. Ruud Mosk, gespecialiseerd in bewapening, heeft bijgedragen met wapentechnische kennis. N.B. De medewerking aan dit project was onderdeel van de werkzaamheden voor het Kenniscentrum Waterlinies. Dit artikel is in eigen tijd geschreven. Fort bij Nigtevecht
|
Vakantie in Duitsland 2024Tekst en foto's: René Ros. Vorig jaar deed ik verslag van de militaire bevindingen tijdens een vakantie in de Harz in Duitsland. Dit jaar ging de vakantie naar het Zwarte Woud in het zuidwesten van dat land. Er waren meer kasteelruïnes, maar het struikelen over recent militair erfgoed ontbrak vreemd genoeg vrijwel in het Zwarte Woud. Het is me nog niet helemaal duidelijk wat de reden daarvan is. In de Harz waren meestal op het dorpsplein of de belangrijkste wegkruising een of meer oorlogsmonumenten te vinden. In het Zwarte Woud zagen we alleen een bronzen plaquette voor de slachtoffers van de oorlog van 1870-1871, de Frans-Duitse Oorlog, in Schiltach. En in Offenburg een standbeeld met namen van gesneuvelden van dezelfde oorlog. In het veel leukere Freiburg im Breisgau is een groot maar eenvoudig en abstract monument voor de beide wereldoorlogen te vinden. We zullen in andere plaatsen vast iets over het hoofd hebben gezien, maar in de Harz leken ze niet te missen. Ook oorlogsbegraafplaatsen en concentratiekampen waren er niet in de directe omgeving, maar dat zal een puur geografische oorzaak hebben. Ook uit elke plaats in het Zwarte Woud moeten jonge mannen in militaire dienst zijn gegaan en een deel zijn gesneuveld. Bij Haslach is wel een klein monument voor een ondergrondse fabriek met dwangarbeiders. In Freiburg is een andersoortig groot oorlogsmonument te vinden: Abteilung Militärarchiv van het Bundesarchiv. Daaraan is ook een bezoek gebracht en zal later een apart artikel over verschijnen. Op weg naar een beroemd kasteel bezochten we het Atomkellermuseum in Haigerloch. Door bombardementen op Berlijn gingen de Duitse wetenschappers naar een grot in die plaats, om te experimenteren met een kettingreactie met uranium. Het is een kleine grot en dus een klein museum, met alleen Duitse teksten en video's. De reactor met koolstof, zwaar water en uraniumblokken is gereconstrueerd, maar in de tentoonstelling zijn authentieke onderdelen te zien. Ook de (gereconstrueerde?) experimenteertafel van Otto Hahn (1879-1968), een van de ontdekkers van kernsplijting, is er te zien. In vergelijking met het Engels-Amerikaanse project, zoals in de film Oppenheimer gevisualiseerd, was het - gelukkig - van minimaal niveau. Bij vertrek was onduidelijk wat de boodschap van het museum was. Met de aandacht voor later vreedzaam gebruik van kernsplijting wil men misschien laten zien dat er vooral iets goeds uit het onderzoek is gekomen? Al snel was de 700 meter hoge heuvel met het silhouet van Burg Hohenzollern te zien. Eerst maar wat foto's vanuit de omgeving gemaakt en daarna de parkeerplaats halverwege de heuvel opgereden. We zouden wel even de heuvel oplopen maar deze vlaklanders hadden toch beter ook op de heenweg de pendelbus kunnen gebruiken. De omhoog wentelende toegangsweg, deels overdekt, was spectaculair. De kapel, woonverblijven en vele standbeelden zijn bijzonder fraai, maar het uitzicht stijgt daar nog eens bovenuit en dat moet je zelf maar eens gaan beleven. Door de woonverblijven en zalen is te wandelen en er staan meerdere gidsen op vaste punten om vragen te beantwoorden en vervolgens nog meer informatie te geven. Een beroemd lid van de familie Hohenzollern is Kaiser Wilhelm II die in 1918 als vluchteling aan onze grens stond en in Huis Doorn leefde en overleed. Door wiens invloed vele Nederlandse mannen van 1914-1919 gemobiliseerd waren, onder andere op de Stelling-forten. De huidige prins van Pruisen is zijn achterachterkleinzoon en was tijdens ons bezoek ook aanwezig. Vele jonge en oude bezoekers maakten een selfie met hem. Een gids was toch nog wel wat beschaamd over Wilhelm II. Het nageslacht kan wel een oordeel vellen, maar niet verantwoordelijk worden gehouden voor het gedrag van de voorouders. Niet voor de eer en niet voor de schuld. 'Vakantie in Duitsland' in Nieuwsbrief 534 (2023)
|
Grote Oorlog Kroniek 1914-1918Tekst: Uitgeverij Aspekt. De Grote Oorlog Kroniek 1914-1918 is dé serie in Nederland en Vlaanderen met als onderwerp de geschiedschrijving van en reflectie over de Eerste Wereldoorlog. De delen van deze serie verschijnen met grote regelmaat, in principe elk halfjaar. Dat wordt mogelijk gemaakt door de samenwerking tussen Uitgeverij Aspekt en de Stichting Studiecentrum Eerste Wereldoorlog (SSEW). In de nieuwe Kroniek nummer 49 treft u elf essays aan. Ze bestrijken een breed spectrum van onderwerpen. Opvallend in deze Kroniek is hoe in de wereld van vandaag Eerste Wereldoorlog nog steeds ene belangrijke rol speelt. Zowel over Palestina als over Oekraïne treft u bijdragen aan die beschrijven wat er daar meer dan honderd jaar geleden plaatsvond. Vijf Vlaamse en zes Nederlandse historici belichten achtereenvolgens: Dat de Eerste Wereldoorlog vele invalshoeken en aspecten heeft, is hiermede wederom bewezen. N.B. Het essay over de Nederlandse neutraliteit vanuit Brits perspectief met de titel 'Luipaards Hulp' is geschreven door René Ros. 'De Grote Oorlog | kroniek 1914 – 1918 | 49' op website Uitgeverij Aspekt
|
De bouwers van de noordelijke fortenTekst: René Ros In augustus vorig jaar publiceerden we een artikel over de bewoners van Fort bij De Kwakel, naar aanleiding van de vondst van de woningkaart ervan. Bewoners die betrokken waren bij de bouw en de bewaking van het fort kwamen er met naam en functie op voor. Lezer Cees de Groot reageerde daarop met "René, wat een goed idee las ik in de nieuwsbrief. Dat lijkt mij een leuke winterklus voor mij" en hij wilde de bevolkingsregisters in het Waterlands Archief wel gaan induiken. Cees is al vele jaren vrijwilliger bij het Waterlands Archief en was de documentalist van de vrijwilligersgroep Fort bij Spijkerboor. Hij heeft er onder andere voor gezorgd dat historisch materiaal van de vrijwilligersgroep naar het Waterlands Archief is overgebracht. In februari 2024 was hij klaar met het zoeken en had de resultaten in een Excel-spreadsheet getypt en gedeeld. Van de gevonden personen zijn alleen een wijkletter en een huisnummer bekend, maar niet bekend is welk tegenwoordig adres dat is. Uit extra omschrijvingen werd vaak wel duidelijk om welk fort het gaat, maar alles aan de Zuiddijk in de Beemster kan om drie verschillende forten gaan. Behalve als er "Zuiddijk A sluis" staat, dan moet het om de Inlaatsluis in de Zuidelijke Beemsterringdijk gaan. En adres "Zuiddijk Hoek Nekkerweg" moet om de verhoogde wegen en damsluizen in de Beemster gaan. Die twee aannames lijken correct, omdat de verhuisdata aansluiten op de aanvang van de werkzaamheden. Het is altijd goed als er tenminste een tweede persoon naar de gegevens kijkt. Er ontbraken wat gegevens zoals geboortedata en inventarisnummers. Of een tweede voornaam was vergeten, wat onterecht tot een dubbele persoonsvermelding zou hebben geleid. En natuurlijk meende deze eigenwijze jopie een aantal handgeschreven namen van personen en plaatsen anders te lezen. Gelukkig was van elke vermelding de permanente link naar het archiefstuk meegeleverd en kon het héél eenvoudig opnieuw online bekeken worden. Aardig is dat drie oude bekenden in de nieuwe lijst stonden: Kolonel Cramwinckel, Ingenieur Van Rijsbergen en polderwerker Verhoeven. En ook twee personen die we eerder als bewoners van Fort bij De Kwakel hebben gezien: huisbewaarder De Haan en bouwkundige Van der Weide. Voor de zeven forten die Cees nazocht, zie je ook keurig groepjes bewoners die er vanwege de aanleg van de (verdedigbare) aardwerken en de bomvrije gebouwen kwamen wonen en later weer vertrokken. Bij sommige forten zijn er wat weinig bewoners gevonden, bijvoorbeeld voor de bomvrije gebouwen van Fort aan de Nekkerweg en Fort bij Kwadijk, welke laatste onvoltooid bleef. Bij Fort bij Edam ontbreken bewoners rond de aanleg van de eerste aardwerken, mogelijk dat er vooral lokale arbeiders zijn ingezet? Er kan nog gewerkt worden aan een koppeling met het Fortwachters Register, zodat volautomatisch duidelijk is wie de fortwachters waren. Dat en andere zaken zijn te zijner tijd nog wel verder uit te diepen. Voor nu houden we het bij het delen van het voorlopige resultaat, met dit artikel als een verantwoording wat er met de gegevens is gedaan. De gevonden persoonsnamen zijn in de Personen Index opgenomen, in acht verschillende nieuwe groepen die beginnen met 'Bewoners'. Wat betreft privacy is er geen probleem, ze zijn allen meer dan 100 jaar geleden geboren. Als je de gegevens tot in detail wilt inzien of helpen uitdiepen, neem dat gerust contact op. Iedereen kan in de Personen Index rondneuzen, dus zoek gerust weer eens op namen van je voorouders? Fort bij Edam
|
Damsluizen ringvaart Haarlemmermeer in ere hersteldTekst en foto's: provincie Noord-Holland. De restauratie van de twee monumentale damsluizen in de ringvaart van de Haarlemmermeer is afgerond. De damsluizen bij Halfweg en Vijfhuizen zijn historische erfgoed en onderdeel van de Stelling van Amsterdam. De sluizen verkeerden in kwetsbare staat en al eerder heeft de provincie losse onderdelen laten verwijderen om de sluizen veilig te stellen. Monumentenwacht Noord-Holland is betrokken geweest bij de restauratiewerkzaamheden voor het waarborgen van de monumentale status. Ter voorbereiding op de restauratie is de plantengroei op de sluizen verwijderd. Na het reinigen van het metselwerk en het uithakken van de bestaande en loszittende voegen is het voegwerk hersteld. Met een onderwaterdrone is bekeken welke schades zich onder het wateroppervlak bevinden en is er gezocht naar afgebrokkelde stenen op de bodem. Om de damsluizen zoveel mogelijk in hun originele staat te houden, zijn deze stenen gebruikt tijdens de herstelwerkzaamheden. Als laatste zijn de voorzieningen voor de veiligheid aangepakt. Zo zijn de remmingswerken hersteld die moeten voorkomen dat schepen tegen de sluizen varen en zijn aan weerszijde solar-ledlampen geplaatst. Het voormalige Ministerie van Oorlog legde rond 1890 de damsluizen aan in de Ringvaart, als onderdeel van de Stelling van Amsterdam. Bij directe oorlogsdreiging werden grote delen van het gebied rond de hoofdstad onder water gezet, ook wel inundatie genoemd. Samen met de damsluizen in de Fuikvaart, de Trekvaart van Haarlem naar Halfweg en de inundatiewerken bij Penningsveer, vormden deze sluizen een aparte Liedeboezem. Vanuit deze boezem kon inundatiewater de polders tussen Haarlem en de Ringvaart en het riviertje De Liede instromen. Jelle Beemsterboer, gedeputeerde Cultureel erfgoed: "De provincie vindt het van groot belang dat de verhalen van de inundatie van de Hollandse Waterlinies beleefbaar blijven. Daarom maken we ons hard voor het behoud van dit bijzondere historische erfgoed waar de damsluizen onderdeel van zijn. Het is mooi dat voor de restauratie van de sluizen waar mogelijk bestaande materialen zijn hergebruikt. Ook is ervoor gezorgd dat de sluizen zoveel mogelijk hun originele uiterlijk behouden." Aannemer Maarten Hendriks: "In december 2023 zijn we begonnen met de restauratie van de damsluizen. Dit is het type werk waar wij van oudsher goed in zijn. Het was soms best een uitdaging om midden op het water en ook onderwater werkzaamheden uit te voeren. Maar het eindresultaat mag er zijn. Wij hebben prettig samengewerkt met Monumentenwacht Noord-Holland en de provincie en zijn trots dat we hebben bijgedragen aan het behoud van dit waterbouwkundig erfgoed." N.B. De bouwtekeningen van beide damsluizen waren ons bekend en in een vroeg stadium heeft de provincie eenvoudig goede scans besteld. Deze zijn vervolgens door opdrachtgever en aannemer gebruikt voor "zoveel mogelijk hun originele uiterlijk behouden". Damsluis in de Haarlemmermeerringvaart bij Vijfhuizen
|
Genieverzameling: waterlinie-documenten in BrabantTekst en foto's: René Ros. Een van de militaire collecties die een direct verband met onze Stelling heeft, is die van de Stichting Historische Genieverzameling welke beter bekend is als het Geniemuseum. Het omvat de geschiedenis van het Regiment Genietroepen welke tegenwoordig op de Van Brederodekazerne en de Lunettenkazerne is gevestigd. Het museum werd zeker bekeken, maar we reden vooral voor de archiefcollectie naar Vught. De binnenexpositie werd verbouwd en er waren maar een paar zaken over de vestingbouw te zien, waaronder een hardstenen grenspaal. Van de buitenexpositie passen de twee pantserkoepels en een S-kazemat bij ons thema. Maar ook een baileybrug, een ponton met sleepboot (op het droge) en diverse zware voertuigen zijn onderdeel van een indrukwekkende tentoonstelling. Wij waren er echter om een beeld te krijgen van de archiefcollectie over de Nieuwe Hollandse Waterlinie en de Stelling van Amsterdam. Het was een uitgelezen moment, omdat hun vrijwilliger Frans van Bavel recent 15 jaar werk van ordenen en beschrijven heeft voltooid. Wij herkennen en erkennen een levenswerk als we er een zien...!!! De boeken staan netjes op een vliering in het museum, dat gevestigd is in het voormalige keukengebouw van Konzentrationslager Herzogenbusch (Kamp Vught). De documenten worden bewaard in het beschermd onderkomen ('bunker') uit de Koude Oorlog voor de Provinciaal Militair Commandant (PMC) Noord-Brabant. Het is gedeeltelijk weer origineel ingericht en onderdeel van het museum. Dat was nog niet het geval toen we 15 jaar geleden tijdens een excursie het Geniemuseum, PMC commandopost, Kamp Vught en enkele lunetten bezochten. Het bijzonderste dossier was 'Dienstvoorschriften Fort Kijkuit' wat de papieren lijken te zijn van de laatste fortwachter van dat fort, ene meneer Beuving. Helaas komt hij niet voor in ons Fortwachters Register. Voor NHWL geïnteresseerden is het "Rapport der Commissie tot onderzoek naar der mogelijkheid om het Waterschap Hoog Raven onder de Gemeente Jutphaas van overlast van water te bevrijden" uit 1915. Het komt tot een voorstel voor een bemaling van droog te houden terrein naast inunderen met "Honswijk-water". Ook interessant is de "vóórstudie voor de Nota en Instructies voor de Inundatiën van de Nieuwe Hollandsche Waterlinie" uit 1907-1909. Uit 1935 is de "Regeling betreffende de bij de uitvoering van het Amsterdam Rijnkanaal te maken werken en te nemen maatregelen in het belang van 's-lands defensie" van Rijkswaterstaat. Aan de oostelijke kanaaldijk werden eisen gesteld aan de hoogte. Maar de westelijke kanaaldijk, met deels de spoorweg Amsterdam-Utrecht, moest nog hoger zijn om "overvoeringswater" te keren. Een paar steekproeven in de Algemene Hoogtekaart Nederland geeft een beeld dat grote delen van de westelijke dijk 60 cm. hoger zijn dan de oostelijke dijk. De regeling geeft ook aan dat in beide dijken keersluizen in de aansluitende waterwegen geplaatst moesten worden. Van twee grote keersluizen bij Amsterdam en Diemen is er maar één rijksmonument en in die omschrijving staat niet dat het feitelijk een inundatiewerk was. En eigenlijk een onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie / Oostfront Vesting Holland en werelderfgoed zou moeten zijn? Het laat mooi zien hoe verweven - en soms onzichtbaar - waterlinie-elementen in het landchap liggen. Grappig toch? Ten zuiden van Utrecht moest volgens die regeling een inundatiekade aangelegd worden met daarin een "Keersluis in het hoofdkanaal bij KM 43". De meeste mensen kennen die onder de versimpelde naam "plofsluis" bij hedendaags Nieuwegein. Er worden geen specificaties voor de keersluis genoemd, zodat er niet uit blijkt of ze de nog bestaande grote betonbak boven het kanaal al voor ogen hadden. Wat betreft de Stelling zijn er twee dossiers over de Vestingmanoeuvres van 1912 rond Uithoorn. Het gaat om een boekje Algemene Order en wat correspondentie, duidelijk van het 4e Regiment Infanterie dat als aanvallende partij optrad. Een serie krantenartikelen en het verslag in het Nationaal Archief waren ons al bekend en lijken voldoende. Verder is er een onderzoek naar de "Drinkwatervoorziening Stelling van Amsterdam", waarvan de Genie in 1958 en 1986 zelf niet meer wist wat de geschiedenis ervan was. Daarin werd iemand geciteerd die betrokken was bij de reparaties in opdracht van de Duitse bezetter. Daar was wel al iets van bekend, maar deze bron bevat meer specifieke informatie en nauwkeurige datums, hetgeen in de webpagina erover is verwerkt. Van beide linies zijn ook 1:100.000 kaarten aanwezig met ingekleurde inundatiegebieden. Deze 'KMA/Plantenga' kaarten ben ik vaker tegengekomen en een aantal zitten in de collectie. Op de kaarten zijn dan met kleurpotlood verschillende zaken aangegeven. Vermoedelijk zijn het kaarten die aan de Koninklijke Militaire Academie door de kadetten voor hun studie werden gebruikt. Op de StvA-kaart stonden drie verschillende tracés van de vleugeluitbreidingen naar de kust aangegeven. Die waren al bekend, maar het is wel leuk om die op een studiekaart uit 1904 tegen te komen. Tot zover een overzicht van vooral NHWL en enkele StvA stukken die in de bunker ingezien zijn. Het is echt een collectie met verzameld los authentiek materiaal, dat als aanvullende primaire bron over de waterlinies kan dienen. Als je serieus archiefonderzoek wilt doen, dan moet je deze collectie zeker doornemen. Helaas is de bunker kort na ons bezoek plotseling gesloten vanwege bouwkundige- en veiligheidseisen waar het niet aan voldoet. Het is nog niet bekend wanneer de documenten weer in te zien zijn. En wegens de verbouwing is het museum tot en met 7 januari geheel gesloten. Ben je niet in de archiefcollectie geïnteresseerd, dan is de tentoonstelling zelf ook een bezoek waard, en goed te combineren met het Monument Kamp Vught. Dankzij een goede connectie had uw onderzoeker ook de gelegenheid op de Lunettenkazerne in de mess te lunchen en langs de Duitse gebouwen op de Van Brederodekazerne te wandelen. N.B. Het bezoek aan het Geniemuseum was onderdeel van de werkzaamheden voor het Kenniscentrum Waterlinies. Dit artikel is in eigen tijd geschreven op basis van de aantekeningen en gefotografeerde stukken. Geniemuseum
|
Deze nieuwsbrief is een uitgave van het Documentatiecentrum Stelling van Amsterdam. De redacteurs en auteurs aanvaarden geen aansprakelijkheid, op welke wijze ontstaan, door het gebruik van de inhoud van de website, nieuwsbrief of andere publicatie, door welke persoon en voor welk doel dan ook. Wij hebben ons best gedaan om alle rechthebbenden op deze website / nieuwsbrief te achterhalen. Eenieder die meent dat zijn/haar materiaal zonder voorafgaande toestemming hier is gebruikt, verzoeken wij om zich tot ons te wenden. Bij gebruik als bron voor publicaties en andere uitingen is bronvermelding verplicht en tevens wordt deskundige begeleiding, door bijvoorbeeld de redacteur of auteur, aanbevolen. In de nieuwsbrieven weergegeven meningen zijn een deel van een column of strikt persoonlijk tenzij expliciet anders is aangegeven. 'Majoor Van Hall' en 'Soldaat Troelstra' zijn fictieve militairen uit het verleden die dienen als pseudoniemen voor verschillende personen. Activiteiten zoals rondleidingen worden mogelijk door andere partijen georganiseerd en de verantwoordelijkheid voor inhoud, uitvoering e.d. ligt geheel bij de betreffende partij. De inhoud van een nieuwsbrief wordt na publicatie niet meer gewijzigd en kan later onjuist zijn gebleken of niet meer van toepassing zijn. De auteursrechten berusten bij René G.A. Ros tenzij anders is aangegeven. |